land, op bijzondere begeerte van den stadhouder, op eene buitengewone wijze, benevens Wolferd van Brederode en Maurits van Nassau, beschreven onder de ridderschap van Holland. Zeer vele en gewigtige bezendingen bediende hij vervolgens en was onafgebroken geacht als een der voornaamste regenten van Holland en deed vooral gewigtige diensten in het vak der geldmiddelen. Na den dood van zijn broeder werd hij heer van Schonauwen, en in 1691 kanunnik ten Dom. In Maart 1676 huwde hij Clara Elisabeth van der Myle, dochter van Adriaan van der Myle, heer van de Myl, Bakkum, Dubbeldam, Alblas, Bleskensgraaf, St. Anthoni-polder, en van Petronella van Wassenaer, bij wie hij eene dochter naliet, die huwde met Wigbolt van der Does, heer van Noordwijk, Obdam enz.
Zie Ferwerda; Kok; Scheltema, Staatk. Ned.