[Adriaan van Reede]
REEDE (Adriaan van), heer van Saasveld en Brandlicht, zoon van Govert van Reede en Julla van Ruitenberg, in 1497 en later ten tijde van Frederik van Baden, bisschop van Utrecht en diens opvolger beschreven onder de Edelen van het landschap Overijssel, wegens Twente. Die van Twente van den bisschop afgevallen, en zich onder bescherming van den hertog van Gelder begeven hebbende, namen, den 10den Julij 1521, Adriaan gevangen. Twee jaren later verkreeg hij zijne vrijheid, ten koste van het huis Saasveld, dat hij aan den bisschop opdroeg. In 1527 komt hij voor als geheimraad van Henrik van Beijeren, bisschop van Utrecht. Ook bekleedde hij het ambt van huismaarschalk bij eenige Utrechtsche kerkvoogden. Hij huwde Lucia van Goor, dochter van Jan van Goor, heer van Heel, en van Johanna, dochter van den burggraaf van Montfoort, bij welke hij acht kinderen verwekte.
Zie Dumbar, Anal. T. II. p. 456, 464, T. III. p. 600, 615, Hortensius, Res. Traj. L. IV. p. 78, 81; Scheltema, Staatk. Ned.