van 1617-1624 schepen. Hij was een der eerste oprigters en bewindhebbers der West-Indische Compagnie, en bewees in deze betrekking zijne geboortestad goede diensten, o.a. bij gelegenheid van eene zending naar Parijs, die hem in 1627 in het belang der gezegde Compagnie werd toevertrouwd.
Terstond na het uitvaardigen van het Charter der Compagnie, in het jaar 1629, waarbij o.a. aan ieder aandeelhouder het regt word toegestaan tot het stichten van eene kolonie in Nieuw-Nederland, schijnt hij van dit regt gebruik gemaakt te hebben, en in dat zelfde jaar nog eene volkplanting tegenover het fort Amsterdam aan de oostzijde der Hudsonrivier, aangelegd te hebben, aan welke hij den naam van Pavonia gaf. Deze maakt thans een gedeelte uit van den Staat New-Jersey, juist tegenover New-York.
Over deze zijne volkplanting stelde hij Cornelis van Voorst tot kommandeur aan, en hield er op zijne eigene kosten een predikant met name Michel Pauluszoon. Tot 1637 bleef hij in het bezit van Pavonia, als wanneer hij ze aan de West-Indische Compagnie voor eene som van f 26,000 overdeed. - Hij schijnt de Republiek van Venetië goede diensten bewezen te hebben, immers werd hij door deze Ao. 1623 ridder van St. Marcus gemaakt. Zijn vrouw was Hillegonda Spiegel, eene nicht van den bekenden dichter van dien naam, bij welke hij ééne dochter en twee zonen naliet van welke de oudste Isaac Pauw hierna volgt. Op deze Hillegonda Spiegel vervaardigde de dichter Vollenhoven een lijkzang.
Zie Mr. H.J. Koenen, Pavonia, eene bijdrage tot de kennis der voormalige Nederl. Koloniën; Wagenaar, Beschr. v. Amst. Dl XII, pag. 252, Dl. XIII, pag. 76 en 77; Mr. O. van Rees, Gesch. der Nederl. Volkplantingen in Noord-Amerika; Actenboek der Staten-Generaal van het jaar 1627, fol. 255 verv.; J. Vollenhoven, Poëzy. Amst., 1686, 4o. Familieaant.