Hendrik, controleur op Java, schonk, en overleed 29 December 1861 te Utrecht. Behalve vele bijdragen in letterkundige tijdschriften, gaf hij de volgende deels oorspronkelijke, deels door hem vertaalde romans in het licht:
Schetsen uit mijne Javaansche portefeuille, Amst. 1828.
Avondstonden aan boord of Verhalen uit Indië, Leid. 1828.
Javaansche Tafereelen, Amst. 1829.
Mijn reiszak, ontmoetingen, tooneelen en gevallen op togtjes door Holland en België, Amst. 1831.
Wandelaarsoogst, luimige schetsen en tafereelen, Amst. 1832.
Ook heeft men van hem de volgende overzettingen:
J. Banim, Crohoore met de bijl. Uit het Eng. vertaald Amst. 1847.
Bowers (J.) Zeemansleven of reizen en lotgevallen, Uit het Eng. Amst. 1835.
G.P.R James, Arabella Stuart, Roman der Engelsche geschied. ontleend. Uit het Eng. Amst. 1844, 2 dln.
Mac Farlane, De bandieten en roovers in Spanje, Italië en elders. Naar het Eng. Amst. 1844, 2 d.
F. Marryat, Avonturen van Pieter Simpel. Naar het Eng. Amst. 1837, 3 dln.
S.M. Wilson, Mijn scheepsjournaal. Zonderlinge lotgevallen en ontmoetingen van Thomas Cringle. Naar het Eng. Amst. 1835-36, 3 dln.
Uit Familie aant.