Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 12. Tweede stuk
(1869)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Arnold van der Myle]MYLE (Arnold van der), zoon van den vorige, studeerde te Leyden, en ging, na opentlijke verdediging eener Dissertatio de loco, vreemde landen bezoeken. In zijn vaderland weergekeerd, begaf hij zich in 's lands krijgsdienstGa naar voetnoot1), doch beoefende tevens de letteren. Hij hield briefwisseling met zijne leermeesters, Baudius en Barlaeus, en was bevriend met Frederik Lodewijk, zoon van den vriend zijns vaders Foppe van Aitsema. Gotfried Hegenitius droeg aan beide jongelingen zijn Itinerarium Frisio Hollandicum op. Hij stierf ongehuwd in den bloei zijns levens. Heinsius en Barlaeus beweenden hem in treurgezangen.
Zie Baudii Poëm. p. 109, 129, 218; Barlaei, Poëm. T. II. p. 113, 323; G. Hegenitii, Itiner. Frisio-Holl. et Abrah. Ortelii, Itiner. Gallo-Barb. Ex. off. Elsevir 1630, 12o.; Schotel, t.a.p. bl. 26, 35. |
|