[Guilielmus Mercerus]
MERCERUS (Guilielmus), werd 28 Jan. 1572 te Ath in Henegouwen geboren. Zijn vader, Jan Merchier, was lid der regering aldaar, zijne moeder heette Maria Louchier. Hij studeerde te Leuven, eerst in de philosophie, later in de theologie en onderwees de laatste gedurende acht jaren in de abdij van St. Geertruid, vervolgens na in 1605 tot doctor verheven te zijn, gedurende 28 jaren in de openbare scholen. Later werd hij regent van het godgeleerd collegie van Houterlay, het Mindere genoemd, en in 1625 van het pauselijke collegie, in 1628 deken der St. Petruskerk te Leuven, en overleed aldaar 6 Aug. 1639.
Hij muntte als redenaar, dichter, geschiedkundige, wijsgeer, godgeleerde, mathematicus en musicus uit, en schreef:
Commentarii in tertiam partem summae D. Thomae à Quaestione LX. De sacramentis, Censuris, Irregularitate, Indulgentiis, Purgatorio et extremo Judicio. Lov. 1630. fol.
Zie Val. Andr. Bibl. Belg. 30; Foppens, Bibl. Belg. T. I. p. 329, 416; Jöcher, Gelehr. Lex. i.v.; Rotermund u. Adelung, Paquot, Moreri, Hoogstraten.