[Daniel van Mathenes]
MATHENES (Daniel van), was schildknaap, toen hij door graaf Willem IV, 25 Mei 1345 met de leengoederen van zijnen broeder Diderik van Mathenes werd verleend. Na Willems dood werd hij door de gravin Margaretha van Beijeren tot de ridderlijke waardigheid verheven, waarmede hij op den 18 Jan. 1347 bekleed was. Hij nam deel aan de Hoeksche en Kabeljaauwsche twisten. Hij koos de eerste. In 1351 bevond hij zich op zijn slot te Mathenesse dat door de Delftenaars belegerd en na de overgave verwoest werd.
Na het vertrek van Margaretha koos hij de Kabeljaauwsche partij. Hertog Willem noemt hem, 2 Julij 1355, zijn getrouwen ridder en schonk hem verscheidene landerijen tot optimmering van zijn slot. Hij overleed 18 Nov. 1375, zijn opvolger, Diederik van Mathenesse was vermoedelijk zijn zoon.
Zie Mieris, Charterb. D. II. bl. 726, 744, 745, 809, 859, D. III. bl. 113, 121; de Geer, Proeve eener Geschied. enz. bl. 57-64; Vriend des Vaderlands, D. XII. bl. 434; Schied. Alm. 1839. bl. 143.