[Christiaan Massaeus]
MASSAEUS of MASSEEUW (Christiaan), die zich ook Cameracenas noemde, wegens zijn langdurig verblijf te Kamerijk, werd 13 Mei 1469 te Warneson geboren. Na voleindigde letteroefeningen, trad hij in de congregatie van St Jeronimus of van het gemeene leven. Bijna zijn geheele leven was aan het onderwijzen gewijd. Tot 1509 onderwees hij de letteren te Gend, toen bisschop Jacob de Croy hem naar Kamerijk riep, waar hij den 25 September 1546, in den ouderdom van 76 jaren overleed.
Hij schreef:
Grammaticae Praeceptiones carmine (volgens Val Andreas te Parijs bij Badius met den titel Grammatistice gedrukt.
Ars Versificatoria. Paris Jod. Badius Arcensius.
Een latere uitgaaf: Prima pars Grammatices rursum revisae et adauctae, adeo ut nihil praeteritum sit, quod huc pertinens videbatur. In fronte praefert sui auctoris Encomion, cum duplici lectionis exercitamento, auctore Godefrido Regnerio. Antv. 1536. 4o.
Secuuda pars Grammatices diligenter et recognitae et adauctae, ex Gellio, Vallâ, Manutio, Diomede, Prisciano, aliisque fide dignis, tam Poetis quam Oratoribus. De figuris opusculum sane quam eruditissimum. Item Dialogus et Gratiarum actio (Paris) 1534. 4o.
Tertia pars Grammatices diligenter et recognitae et adauctae, in qua Syllabarum Quantitates sic declarantur, ut difficillimum fuerit eas vel apertius distingui, vel copiosius approbari. Item Ars metrica, pristinae dignitati ex Divi Augustini libris de Musica restituta.
Dit werk veroorzaakte een hevigen twist tusschen Masseus en Despauterius. Deze laatste beschuldigde hem van plagiaat. Hij zou voor zijn Grammatisticè zijne Grammatica hebben gebruikt; hij noemde hem rabula, feroculas e Divi Hieronymi cucullatis latrator; spoog zijn gal uit over alle monniken en geestelijken en eindigde zijne declamaties met deze woorden: Valeat cum suis affanii. Barbarie Instaurator Ee-