[Jan van Marnix]
MARNIX (Jan van), ridder, heer van Thoulouse, afstammeling van een adelijk en meest bevoorregt geslacht in Savoye, zoon van Claudius van Marnix en Maria de Vaudan, was sedert 1517 secretaris van den bijzonderen raad, in 1527 Tresorier-generaal der financien, elders genoemd secretaris en Tresorier-generaal van de hertogin van Savoye, landvoogdes der Nederlanden en secretaris van Karel V, bij diens inhuldiging te Leyden 1515. Hij huwde Johanna de Cerf. Zijne broeders waren Bertrand, Petrus de Oude, Petrus de Jonge, door hunne huwelijksverbindtenissen met de grootste huizen van Savoye vermaagschapt. Hij liet een zoon na, Jacob van Marnix, ridder, baron van Pottes, heer van Thoulouse, commissaris-generaal der monsteringe in de Nederlanden, vader van den volgende.
Zie Copie extraicte des informations authentiques prinses par le chapitre de Liège sur l'ancienneté et noblèsse de la maison de Marnix, achter Response à un libelle fameux, naguerres publié contre Monseigneur le Prince d'Oranges et intitulé Lettres d'un Gentilhomme, Antv. 1579; (door Filips van Marnix), Supplément aux Trophées de Brabant de Butkens, T. I. p. 189; Le Carpentier, Hist. de Canbray et de Cambresis, P. III. p. 279, 766, 767; te Water, Verb. d. Edelen, D. III. bl. 36, 37. Kron. v.h. Hist. Genoots. D. VI. bl. 437.