[Jan I Lynden]
LYNDEN (Jan I), heer van Lynden, Leede, Oudenweert, Ommeren enz., erfschenker van het hertogdom Gelder, zoon van Dirk III, heer van Lynden, en van Ermgard van Keppel. Hij behaalde veel roem in de oorlogen, die Eduard, koning van Engeland, tegen Frankrijk voerde. In de burgeroorlogen der Gelderschen volgde hij de partij van hertog Reinout, en werd met dezen in een veldslag in 1361 bij Tiel, zwaar gekwetst, gevangen en op het huis te Rozendaal gebragt, doch naderhand door tusschenkomst van Willem van Gennip, aartsbisschop en keurvorst van Keulen, ontslagen. De twee broeders, hertogen van Gelder, zonder nakomelingen overleden zijnde, hield hij het met hunne oudste zuster Margaretha en haren man Jan van Chatillon, graaf van Blois, tegen Willem, zoon van Willem, hertog van Gulik, en van Maria, jonger zuster van den overleden hertog van Gelder. Hij overleed in 1382 op zijn kasteel te Lynden. Hij huwde, volgens Butkens, Annal. de Lynden, p. 106, in 1338 Elizabeth van Polanen, dochter van Jan, heer van Polanen en der Lecke, uit het geslacht Wassenaar, en van Oda van Hoorn, die hem de heerlijkheid Millingen ten huwelijk aanbragt.
Later stelde Butkens in zijne Troph. de Brabant, T, II. p. 82, dat Elizabeth van Polanen, vrouw van Millingen, die met dezen Jan van Lynden huwde, eene dochter was van Jan van Polanen, uit den stam van Wassenaar en van Catharina van Brederode, vrouwe van der Leck, en alzoo eene zuster van dien Jan van Polanen en van der Leek, die met Oda van Hoorn huwde, hetgeen Ferwerda ook waarschijnlijk acht. Zijn tweede vrouw Margaretha, was eene jonger dochter van Gerard, graaf van Gennip op de Mans en van