[Samuel en Johannes Luchtmans]
LUCHTMANS (Samuel en Johannes), zoons van den vorigen, en van Cornelia van Musschenbroek, geb. 1725 en 1726, dreven den vaderlijken boekhandel van 1756-1850. Zij bezochten beide te gelijk de Latijnsche school hunner geboortestad Leyden, en hielden in 1740, op denzelfden dag, hunne akademische redevoeringen; gene de Origine urbis Leydae, deze de Origine academiae Leydensis, en na voleindigde studiën, werden zij boekhandelaars en uitgevers (Dec. 1741 en Nov. 1748), stads en universiteits-boekdrukkers, gene in 1744, deze in 1748 en 1749, hoofdlieden van het gild, gene in 1755, deze in 1762; dekens, gene in 1764, deze in 1770. Zij breidden hunnen handel steeds uit, reisden dikwerf naar Duitschland, Engeland en Frankrijk en dreven handel tot in Constantinopel en Amerika. Gezamenlijk gaven zij in het licht:
Timaeus Sophista van Ruhnkenius (1754 en tweede uitgaaf 1789); Justinus van Abr. Gronovius (1760); Callimachus van Ernesti (1761); Aristophanes van P. Burmannus Secundus (1761); Cicero's Rhetorica ad Herennium (1761); het tweede deel van Hesychius door Ruhnkenius (1765); Hippolytus van Euripides van L.C. Valckenaer (1764); Plutarchus de sera Numinis vindicta door D. Wyttenbach (1772); Antoninus Liberalis van H. Verheyk (1774); Frontinus, tweede uitgave van Cornelius Oudendorp (1779); Vellejus Paterculus van Ruhnkenius (1779); Pomponius Mela van A. Gronovius, laatste uitg. (1782); Homeri Hymnus in Cererem van Ruhukenius (1782, nieuwe uitg. 1802); Celsus van Targa (2 d. 1785); Apulejus van F. Oudendorp, eerste deel (1786); Apollonius Sophista van H. Tollius (1788); Ruhnkenii Scholia in Platonem (1792); Eutropius van Verheyk (1782, nieuwe uitg. 1793); M.A. Mureti Opera van Ruhnkenius (4 d. 1789) en de Rudimenta linguae Arabicae van Erpenius (1770). Na den dood van zijn broeder Samuel (18 Sept. 1780), die steeds van eene zwakke gezondheid was geweest, zette Johannes sedert 1780
alleen den boekhandel voort met den zoon van