[Ferreolus Locrius]
LOCRIUS (Ferreolus) of Locre (Ferry de), te St. Pol in Artois, in 1571 uit een aanzienlijk geslacht geboren. Zijn vader Philippe de Locre, was kleinzoon van Jean de Locre, den 24sten Mei 1546 maire van St. Pol. Ferreolus studeerde te Douai, onder Jan van Mire, later bisschop van Antwerpen, die er de rethorica en de Grieksche taal onderwees. Na zijne studiën volbragt te hebben, werd hij pastoor bij de St. Nicolaas-kerk te Atrecht. Hij was een ijverig beoefenaar der letterkunde en der geschiedenis, doch stierf reeds den 22sten Augustus 1614, in den ouderdom van 43 of 44 jaren.
Hij schreef:
Oratio funebris habita in Exequiis Rmi. DD. Matthaei Moullartii, Atrebatum Episcopi, Atreb. 1600. 4o.
La Prélature des Vierges sacrées, avec les Canons et les SS. Pères de l'Eglise, ou sont rapportez les rares faits et exemples de plusieurs saintes Abbesses, et signamment de celles qui ont régenté la Belgique, Arras, 1602. 12o.
Marie Auguste, Arras, 1603, 12o.
Discours de la noblesse, auquel, par une conférence des Familles de Castille, de France et d'Autriche avec l'Eglise Catholique, est découverte l'infamie de l'Hérètique, Arras, 1605. 12o.
Histoire Chronographique des Comtes, Pays et Villes de St. Paul en Ternois, Douay, 1613. 4o.
Chronicon Belgicum, ab anno 257 ad annum usque 1600 continuè perductum, Tomi tres, Atreb. 1616. 4o.
Dit Chronicon is van geen groot gezag. Het behelst het gebeurde van het jaar 257 tot den jare 1600. Meest bepaalt de schrijver zich bij Artois, de provincie waarin hij geboren is.
Ook wordt nog van hem vermeld een Chronicon Comitum Artesiae, dat niet is uitgegeven. Hij beoefende ook de Latijnsche poëzy en vervaardigde een dichterlijke overzetting der Spreuken van Salomon.
Zie Val. Andreas, Bibl. Belg. p. 217; Sweertii, Ath. Belg. p. 236. Foppens, Bibl. Belg. T. I. p. 276; Pars, Naamr. bl. 85; Witte, Diar. Biogr. 22 Aug. 1614; Paquot,