[Theodorus Kerckkring]
KERCKKRING (Theodorus) was een vermaard geneesheer in de tweede helft der zeventiende eeuw, en werd of te Hamburg of te Amsterdam geboren. Zeker is het, dat hij in laatstgemelde plaats gedurende verscheidene jaren met roem zijn vak uitoefende, en aldaar zijne voornaamste werken schreef.
De Roomsch-Katholieke godsdienst omhelsd hebbende, vertrok hij, in 1678, naar Hamburg, met den titel van resident van den groothertog van Toskanen, en werd benoemd tot lid van de koninklijke maatschappij te Londen. Hij overleed te Hamburg den 2den November 1693, nalatende eene uitmuntende verzameling ontleedkundige voorwerpen, en maakte zich beroemd door vele hoogst belangrijke ontdekkingen aangaande de been- en vruchtvorming en over de vloeibaarmaking der barnsteen, zonder dat hij zijne doorschijnendheid verliest. De valvulae conniventes, welke bij den mensch gevonden worden, werden door hem het eerst naauwkeurig beschreven en zijn daarom naar hem genoemd.
Hij schreef:
Specilegium anatomicum continens observationum anatomicarum rariorum centuriam unam, nec non osteogenium foetum, Amst. 1670. 4o.
Anthropogenia ichnographica, etc. Amst. 1671. 4o.; Paris. 1672. 4o.
Ook vertaalde hij van Basilius Valentinus Currus triumphalis antimonii, Amst. 1661. 12o.
Zie de Feller, Dict. histor. T. V. p. 245; Biogr. univ. T. X. p. 279; van Kampen, Geschied. der Ned. Lett. en Wet. D. II. bl. 59, 60; van der Boon, Geschied. der ontdekk. in de ontleedk. van den mensch, enz. bl. 27, 59, 72, 104, 235.