het vaderland voor eenigen tijd te verlaten. Teruggekeerd, werd hij, toen de Ommelanden zich aan het bewind van den Raad van State en der Algemeene Staten onderworpen hadden, naar Brussel afgevaardigd, en hij teekende, als zoodanig de Unie van Brussel in 1577. Hij was in 1578 raad in den Hove van Friesland, en nam vervolgens een groot deel in de twisten welke kort daarop tusschen Groningen en de Ommelanden ontstonden. Later was hij een der voornaamste bewerkers van het toetreden van die der Ommelanden tot de Unie van Utrecht, en hij werd, vanwege zijn gewest, naar de vergadering der bondgenooten gezonden, om dezelve te teekenen. Na dien tijd wordt zijn naam niet meer genoemd. Hij woonde gewoonlijk op Heerema en stierf in 1584 te Oterdum. Hij was gehuwd met Luicke Entens van Mentheda, waarschijnlijk eene zuster van Barthold Entens, vroeger genoemd.
Zie Charterboek van Friesl., D. III. bl. 1221, 1222, 1227; Scheltema, Staatk. Nederl D. I. bl. 527, 528; de Jonge, de Unie van Brussel, bl. 161, 162.