Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Tweede stuk

[Anna van der Horst]

HORST (Anna van der) gehuwd met ... Roelfzema, eene Enkhuizer dichteres in de tweede helft der XVIIIde eeuw. Zij was honorair lid van het kunstgenootschap te 's Hage; doch hare poëzy verhief zich niet tot de dichters zelfs van den tweeden rang.

Zij gaf in het licht:

De gevallen van Ruth in IV zangen, Enkhuizen, 1764, 4^o. Bespiegeling van Joseph bij de bevalling van zijn ondertrouwde bruid Maria, uit het Fr. van Marie Gournay, en naar het Latijnsche van den heer Heinsius, Gron. 1766.

Lijkklagt van Jakob op het afsterven van Rachel, Gron. 1767.

Het oud Enkhuizen in VII zangen; Gron. 1767, 4^o.

Tafereel van een Godverzaker op zijn sterfbedde, Gron. 1768, 4^o.

Tafereel der liefde naar 1 Cor. XIII, Gron. 1768, 4^o.

[p. 1277]

Debora in IV zangen, Gron. 1769, 4^o.

De belegering van Groningen in het jaar 1672 door sprekende personen uitgebeeld, Leeuw. 1772, waar achter Het 2e Eeuwfeest van Enkhuizens vrijheid, Amst. 1773.

Proeve van Bijbelsche tafereelen, Gron. 1775, 3 d.

Vrije navolging van Hoogd. gezangen, gaande over het leven, lijden enz. van Christus, met een opdragt aan den hoofdman H. ter Bosch, Amst. 1778, 8^o.

Zie Witsen Geysbeek, Biogr. Anth Crit. Woordenb., o.b.w.; Roelfsema, de Vries, Over de Dichters van de XVIIIde eeuw, D. II bl. 269; Arrenberg, Naaml. van Ned. Boek. bl. 201, 202; Ned Bibl, D. IV. St. I. bl. 361; Cat. der bibl. van Ned. Letterk., D. I. b. bl. 262, b. bl. 117; Mr Bodel Nijenhuis, Biogr. Lijst van Plaatsbeschrijv., Nr. 1664, 3207.