Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 7
(1862)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 427]
| |
bekend maakte door het schrijven der navolgende werken: Roem van Gods Vrije Genade, Rott. 1740. 8o. Verdediging van Gods Vrije Genade tegen Arrenberg, Rott. 1740. 8o. Redenen die den Schrijver bewogen hebben om de Leere der Algemeene Genade, zoo als die in de Remonstrantsche kerke geleerd word, te verlaaten, en die der Bijzondere Genade, zoo als die in de Gereformeerde kerke geleerd word, aan te nemen, Leid. 1746. 8o. Vrijmoedige en ernstige verdediging van het werk Godts te Nieukerk, voornamelijk ingerigt tegen de berugte Aanmerkingen op het getrou Verhaal van Ds. Kuypers, enz. Gorinch. 1751. 4o. Antwoord aen Prof. J. van den Honert op zijn Brief tegen den autheur van de ernstige en vrijmoedige Verdediging van het werk Godts te Nieukerk: waerbij een Verhaal van het werk der Overtuiging en Bekering 1746 te Werkendam voorgevallen, Gorinch. 1751. 4o. De eer en leer van het Synode van Dordrecht verdedigd in het Leerstuk van des menschen blindheid van nature, en de noodzakelijkheid van het Bovennatuurelijk Licht der wedergeboorte, enz. Gorinch. 1751. 4o. Nodig Bijvoegsel tot het werkje genaemd de eer en leer van het Synode van Dordrecht enz. z. pl. 1752. 4o. Een opregt Verhaal en eene Verdediging van het werk der Overtuiging en Bekeering van Zondaren, voorgevallen in de Gemeente van Werkendam, in den jare 1751 en 1752, Gorinch. 1752. 4o. Brief van Jakob Groenewegen aen den Heer Artus Koppiers Predikant te Giessendam; tot zijner Verantwoording en Verdediging van zijn goeden naam, tegen dat Lasterschrift, dat Ds. Koppiers in de Boekzaal van October heeft gesteldt, Gorinch. 1752. 4o. Samenspraaken der Hemelingen, aangaande hunne Reijzen na het Hemelsche Canaän, 1-3 stukje, Gorinch. 1753. 4o. (Niet verder vervolgd). Eenige brieven geschreven aan eenige Vrienden over de rangschikking en beschikking die 't Geloof in Christus en de Regtvaardigmaking tot malkandere hebben, met een wederlegging van het Systema van D.A. Comrie, 's Hage 1755. 8o. Waereld beschouwingen op Sterrenloopkundige beschouwing van het geheel en al, en van de Waereld der Geesten, Gorinch. 1756. 8o.
Zie Boekz. der gel. wereld, 1752. b. bl. 468-482; van Abkoude, Naamreg. van Boek. D. I. St. I. IV. V. VI; van der Aa, Nieuw Woordenb. van Ned. Dicht. D. II. bl. 187. |
|