[Douwe van Epema]
EPEMA (Douwe van), zoon van den voorgaande, werd den 17den November 1603 aangesteld tot Grietman van Hemelumer Oldephaert en Noordwolde, en had van 1605 tot 1607 zware procedures tegen Tinco van Andringa, Dijkgraaf van Hemelumer Oldephaert, dien hij door slinksche wegen van het Dijkgraafschap wilde ontzetten. Hij was gehuwd met Wik, dochter van Seerp Galama, Grietman van Baarderadeel, en had bij haar twee zonen. Hij woonde op Epema-state te Koudum, en liet in dat dorp eenen grooten schoonen toren bouwen, welke in 1614 begonnen en in 1617 voltooid is. Hij was verscheidene jaren Gevolmagtigde ten landsdage, en volgde als zoodanig de lijkstatie van Graaf Willem Lodewijk van Nassau. Hij overleed den 21sten November 1624, zijnde zijne vrouw reeds den 4den September 1600 gestorven.
Zie van Sminia, Nieuwe Naaml. van Grietmann. bl. 307, geheel door ons gevolgd.