[Jacob van der Dussen]
DUSSEN (Jacob van der), broeder van den voorgaande, werd den 14den Maart 1670 te Dordrecht geboren, was Heer van Oost-Barendrecht. Na volbragte studiën tot Meester in de beide Regten bevorderd, deed hij eene reize door Engeland, Duitschland en Italië, en zette zich daarna in zijne geboorteplaats als Advocaat neder. Allengs klom hij op tot de hoogste waardigheden, zooals in 1714 tot Burgemeester der stad en in 1717 tot super-intendent van het stapelregt. Hij werd in 1714 namens de Staten van Holland gecommitteerd om George I, Koning van Engeland, op zijne reis derwaarts, hier te ontvangen en uitgeleide te doen, en zag zich in 1718 gedeputeerd in de Staten:Generaal. Hij overleed ongehuwd den 1sten November 1728 op zijne hofstede Zuyderveld in Delftsland bij het dorp Watering, en werd te Dordrecht den 9den November daaraanvolgende plegtig in de St. Apollonia-kapel der Groote Kerk begraven. De beschrijving van zijne lijkstatie, waarbij ongeveer 3000 menschen tegenwoordig waren, ziet het licht.
Zie Balen, Beschrijv. van Dordr. bl. 1060; Hoogstraten, Woordenb. D. X. bl. 128; Schotel, Begrafen. van een President Burgemeester te Dordr. in de XVIIIde eeuw; dezelfde, Een stadhoudelijk bezoek in de Groote kerk te Dordr.; Smits en Schotel, Beschr. der Stad Dordr. D. II. St. I. bl. 23, noot.