Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 4

[Engelbert Marinus Dorper]

DORPER (Engelbert Marinus) werd in 1782 geboren en, na in 1806 tot proponent bevorderd te zijn, beroepen te Nederhorst dén Berg. Met ijver nam hij de pligten aan zijn leeraarambt verbonden waar, doch zijne langdurige ongesteldheid nood-

[p. 290]

zaakte hem in 1816 zijne bediening neder te leggen. Hij overleed te Amsterdam den 18^den Februarij 1834, en schreef behalve eene en andere belangrijke bijdrage in de Tijdschriften:

De voordeelen van den Belgischen opstand voor Holland en zijnen Koning, Amst. 1833. 8^o.

Gods voorzienigheid, Nederland ten goede gedachtig in den Tiendaagschen veldtogt, Amst. 1834. 8^o.

Door zijne zorg kwamen in het licht de Nagelaten Leerredenen van wijlen Ds. J.J. Scholten, en diens Handleiding der Waarheid, tegen de bedenkingen van den Eerw. Heer Bramer.

Zie Algem. Konst- en Letterb., 1834, D. I. bl. 147; Boekz. der Gel. Wereld, 1834, b bl. 113; Brinkman, Alphab. Lijst. van Ned. Boek.