ouderdom legde hij zich nog op de godgeleerdheid toe, ofschoon de regtsgeleerdheid zijne lievelingsstudie was. Hij behield tot aan zijnen dood zijne waardigheden, en overleed te Antwerpen den 11den Februarij 1581. Hij was gehuwd met Louize van Chantraines, eene adelijke jonkvrouw uit Artois, die hem twee kinderen schonk, een zoon Lodewijk genaamd, die later raadsheer van Vlaanderen geweest is, en eene dochter, gehuwd met den raadsheer Brackele, van Oudenaarden. Zij overleed in 1575, en hunne lijken zijn naar Brugge gevoerd en in de Mariakerk, die Damhouder met verscheidene inkomsten had begiftigd, onder eenen prachtigen zerk met een Latijnsch opschrift, begraven. Zijne nagedachtenis wordt op eenen gedenkpenning bewaard, die aan de eene zijde zijn borstbeeld vertoont en aan de andere zijde zijn wapenschild, zijnde een dambord benevens de spreuk: Sonder vallen staet Damhoudere, die zoowel op zijn naam als op zijn wapen zinspeelt. Hij gebruikte ook nog tot zinspreuk: Den dam gehouden is 't land behouden. Zijne afbeelding wordt op verschillende wijzen in prent gevonden; die door Buys geschilderd en door Vinkeles gegraveerd is de beste. De werken door Damhouder in het licht gegeven zijn:
Patrocinium Pupillorum, Minorum et Prodigorum. Brug. 1544, fol. meermalen, ook in het Fransch, herdrukt.
Enchiridium rerum Criminalium, Antv. 1544, 4o. meermalen herdrukt, ook in het Fransch, Hoog- en Nederduitsch uitgegeven.
Subhastationum Exegesis compendiosa. Lov. 1558, 4o. mede in de Fransche taal uitgegeven.
Oratio panegyrica in laudem Hispaniarum Negotiatorum. Lov. 1558, 4o.
Praxis rerum criminalium, iconibus materiae subjectae convenientibus, Antv. 1562, 4o. meermalen herdrukt, ook in het Nederduitsch overgezet onder den titel van:
Praktijcke van civile en criminele zaken, uit het Latijn door K. van Nispen. Rott. 1649, 4o. aldaar, 1659 en 1660, 4o.
Paraeneses Christianae, seu loci communes ad religionem et pietatem christianam pertinentes, ex Utroque Testamento. Antv. 1571, 8o. Venet. 1572, 8o.
Similia et Paria Juris utriusque, cum notis N. Tuldenii, Antv. 1601, 8o.
De magnificentia politiae civitatis Brugorum, naderhand vermeerderd uitgegeven onder den titel: Chronicon Generale Comitum Flandriae et Brabantiae Ducum, una cum vita omnium Forestariorum cura N. Ingelbrecht. Amst. 1688, 4o. De eerste uitgave werd in het Nederduitsch vertaald en uitgegeven onder de titel van: Grootdadigheyt der Regering van Brugge. Amst. 1648, 4o. De tweede onder dien van: Chronyk van Vlaanderen enz. Brugge 1699, 4o.