Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 3

[Johannes Crucius]

CRUCIUS (Johannes), werd proponent zijnde, beroepen als predikant te Zaandam in 1620, en vertrok van daar in 1628 naar Haarlem, waar hij den 13^den Mei 1666 overleed. Hij schreef:

Van den bekeerden Onesimus, Haarl. 1649, 8^o.

Eeuwig Koningrijk, over den 1 en 2 Psalm, 8^o.

Over den XV Psalm, 12^o.

Gelukzaligheid der Vroomen en onheyl der Godloozen, 12^o.

De schat der ziele; over de Fransche Catechismus, Amst. 1652, 4^o.

Over het boek Ruth, Haarl. 1649, 8^o.

[p. 893]

Over den brief aan Philemon, Amst. 1735, 4^o. (met M. Koning.)

Zie M. Veeris, Kerk. Tijd-Reg. van Noord-Holl., bl. 27, 44; van Abkoude, Naamreg. van Nederd. Boek., D. I. St. III, Alph. Naaml. v. Boek. sedert 1790 uitgekomen.