[Hendrik van Cronenburg]
CRONENBURG (Hendrik van), was de zoon van Willem van Cronenburg, natuurlijke zoon van graaf Willem IV, die hem met de heerlijkheid Cronenburg beschonk, alzoo dezelve wegens den beganen moord aan graaf Floris V was verbeurd verklaard; en van zijne vrouw, eene dochter van Heer Jan van Polanen en van der Lecke. Hij werd na den dood zijns vaders, Heer van Cronenburg, en was Maarschalk van het Nedersticht. In het jaar 1405 maakte hij zich bekend in den oorlog onder Graaf Willem VI, en nam deel aan het verwoesten van het slot Hagestein. Hij was de Hoeksche partij toegedaan, werd door Jacoba van Beijeren tot ridder geslagen, en gedroeg zich dapper in den stijd bij Alphen in 1426. Hij was gehuwd met N. van Heemskerk, die hem twee kinderen schonk, wiens nakomelingen verder volgen.
Zie van Leeuwen, Bat. Illustr., bl. 928; Kok, Vaderl. Woordenb., D. X. tegenover bl. 570; Arend, Algem. Geschied. des Vaderl., D. II. St. II. bl. 509.