[Jacob Cresant]
CRESANT (Jacob), ofschoon te Antwerpen geboren en aldaar gevormd, behoort, door zijn langdurig verblijf te Utrecht, en door de werken, die hij vervaardigd heeft, hier vermeld te worden. Hij werd bij vroedschaps besluit van den 2den Junij 1738, aldaar in het gild zonder proef toegelaten, was een bekwaam beeldhouwer en kwam, omstreeks 1729 te Utrecht wonen, denkelijk op aanzoek van den vermogenden David van Mollem, die bij het daarstellen van zijne wijdvermaarde lustplaats Zijdebalen, bij de Knollebrug, buiten Utrecht, gelegen, zich van zijne kunst bediende tot het vervaardigen van het groot aantal beelden, vazen en sieraadwerk, daar in der tijd aanwezig. Een zijner voornaamste werken, is het meer dan levensgroote beeld der Geregtigheid, dat vroeger het thans gesloopte Stadhuis te Utrecht versierde, en thans in de groote audientiezaal van het Paleis van Justitie aldaar bewaard wordt. In de Academische bibliotheek te Utrecht zijn vier geboetseerde levensgroote beelden geplaatst, door genoemden David van Mollem ten geschenke gegeven, zijnde de afbeeldingen van de Hoogleeraren Musschenbroek, Drakenburg, Mill en Otto. Voorts is de beroemde marmeren predikstoel in de Groote Kerk te Dordrecht door hem ontworpen, en heeft hij het model in was geboetseerd, waarnaar de vervaardiging door den Steenhouwer A. Trauen heeft plaats gehad. Al deze werken doen hem als een man van ongemeene kunstverdiensten kennen. Hij is waarschijnlijk ook te Utrecht overleden. Zijn portret is door Jacob Xavery vervaardigd. Zijn zoon volgt.
Zie Immerzeel, Leven en Werk. der Kunstsch.; Utrechtsche