[Gerardus Craeyvanger]
CRAEYVANGER (Gerardus), werd te Utrecht den 13den Januarij 1775 geboren. Aanvankelijk tot een ander beroep opgeleid, leerde hij de muziek enkel voor zijne uitspanning; dan, spoedig nam zijne liefde voor de kunst de overhand, en op nog jeugdigen leeftijd wijdde hij zich geheel aan de studie, voornamenlijk der viool- en zangkunst. Zijn vaardig vioolspel, veelzijdige kennis en aangename omgang, waren zoo vele oorzaken, waardoor hij in 1800 tot Direkteur werd benoemd van een in datzelfde jaar opgerigt studenten-concert, geheel uit liefhebbers bestaande. In meest alle destijds bestaande muziekale bijeenkomsten, werkte hij mede als braaf violist, terwijl hij met eene goede Baryton stem begaafd, menig concert door zijne fraaije voordragt eener Fransche aria, of van een viool-concert van Démar of Viotti opluisterde. Doch boven alles schitterden zijn talent en ijver gedurende bijna eene halve eeuw op een der R.C. koren, daar bij voortduring goede kerkmuziek der beste komponisten op prijzenswaardige wijze werd uitgevoerd. Ook als componist deed hij zich niet ongunstig kennen, en zijne Missen, Motetten, Kwartetten (waarvan alleen een der laatsten bij Plattner te Rotterdam in het licht verscheen), getuigen van zijn talent, ondanks de fouten daaraan welligt door het gebrekkig theorethisch onderwijs dier dagen verbonden. Hij vormde vele goede leerlingen, leidde het onderwijs op verschillende zangscholen en stichtte zelf eene zangvereeniging onder de zinspreuk: Tot hooger doel, al hetwelk van zijn onvermoeiden arbeid getuigt. In latere jaren onttrok hij zich aan alle mu-