vervaardigd heeft. Hij verkreeg aldaar den titel van jonkheer. Hij deed zich ook als een bekwaam teekenaar kennen. De tijd van zijn sterven is onbekend, doch hij leefde nog in 1708, in welk jaar hij de schoone kapel in Charlottenburg met olieverw op den gepleisterden muur en de altaarschilderij ter zelfder plaatse vervaardigde.
Onze dichters bezongen zijn lof, onder anderen Halma aldus:
Wat speelt mij met verbaasdheid voor 't gezigt,
Wat tooverij? wat donkerheid? wat licht?
Door 't kunstpenseel van Coxie, schoon als 't leven,
Op doek gemaalt? herboren Raphael
Uw luister tart al 't bassen van de hel,
Uw hand zal ons Italië wedergeven.
Zie van Eynden en van der Willigen, Geschied. der Vaderl. Schilderk., D. I. bl. 285-287; Immerzeel, Lev. en Werk. der Kunstsch.; Kramm, Lev. en Werk. der Kunstsch.