[Johannes Coomans]
COOMANS (Johannes), geboren te Turnhout, was eerst Kapellaan te Hapert en Hoogeloon, verder proviseur te Tongerloo. In 1636 aangesteld zijnde tot president van het collegie te Rome, werd hij aldaar doctor in de godgeleerdheid. Paus Urbanus VIII verhief hem tot hoogleeraar in de godgeleerdheid, tot Proost van de aartsbisschoppelijke kerk van Maagdenburg, en tot apostolischen missionnaris door geheel Saxen en Brandenburg. Hij overleed in Duitschland den 8sten October 1644, en werd in de abtdij van Neucel bij Freisingen in Beijeren begraven.
Zie (A. van Gils), Kathol. Meijer. Memorieboek, bl. 141.