[Hendrik van Coesveldt]
COESVELDT (Hendrik van), aldus genaamd naar de plaats zijner geboorte, een dorp onder het Bisdom Munster. Hij begaf zich vroegtijdig onder de geestelijke orde der Karthuizers, was tweede Prior van het door Willem van Duivenvoorde in 1331 bij Geertruidenberg gestichte Karthuizersklooster, en verwierf zich door zijn vroom leven, zijne sermoenen en geschriften grooten lof.
Hij stierf te Val de Grace nabij Brugge, den 9den Julij 1410. Wij vinden niet vermeld, dat er iets van hem in druk bestaat, maar wel dat de volgende handschriften van hem zijn overgebleven.
Commentarius in Exodum.
Commentarius in Epistolam D. Pauli ad Romanos.
Tractatus continens libros duos, de tribus votis substantialibus Religionis.
Contra vitium proprietatis.
De institutione Juvenum seu Novitiorum.
De Sacramento Altaris.
De annuntiatione Dominica.
Elogium Divi Pauli Heremitae.
Sermones de tempore et Sanctis.
De tribus Custodiis monasticis.
Circumcisorium mysticum.
Sermones Capitulares in praecipiis festis.
Zie Franc. Sweertius, Athen. Belgicae, p. 325; de Chalmot, Biogr. Woordenb.; Hermans, Onom. Liter., p. 2.; B. Glasius, Godgel. Nederland; Römer, Geschiedk. Overz. van de Kloosters en Abdijen in Holl. en Zeel., D. I. bl. 495.