[Jean Carlier]
CARLIER (Jean) of de Carlier, misschien wel een broeder van den voorgaande, althans zeker van het zelfde geslacht was Griffier der Staten van Henegouwen, en werd als Afgevaardigde van dat gewest naar Brussel gezonden, alwaar hij in het eerst werkzaam was voor de belangen des Vaderlands en in het jaar 1577 de Unie van Brussel teekende. Bij de ommekeer van zijne provincie keerde Carlier ook tot de gehoorzaamheid van den Koning terug, en werd, als een die het meest aan de Roomsche Godsdienst verkleefd was, afgevaardigd, om het verdrag van verzoening, in het jaar 1579, tusschen de Waalsche gewesten en Parma te sluiten.
Zie Brandt, Hist. der Reform., D. I. bl. 368; te Water, Verb. der Edelen, St. II. bl. 318; Kok, Vaderl. Woordenb., D. IX. bl. 186; de Chalmot, Biogr. Woordenb., D. XI. bl. 156; de Jonge, de Unie van Brussel, bl. 116.