Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 2. Derde en vierde stuk
(1855)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 1696]
| |
heven en van Margriet Judith, Vrouwe van Ooy, Persingen en Palsterkamp, was in de Ridderschap van Nijmegen geadmitteerd den 14den October 1661, en werd in 1674 aangesteld tot Kolonel van het Regiment Ruiterij van Hendrik Casimir Stadhouder van Friesland, aan het hoofd van hetwelk hij den slag van Seneffe bijwoonde. Uit zijn eerste huwelijk met Louise Gravin van Dohna, had hij een zoon, Roeleman Frederick Neomagus, gehuwd met Albertine Charlotta Baronnesse van Quadt en Wickradt, en die als Ritmeester sneuvelde in den slag van Fleurus, den 1sten Julij 1690, waar zijn lijk niet werd gevonden. Alsmede twee dochters Amalia Louisa Wilhelmina van Bylandt, gehuwd met Johan Philip van Eynatten, Heer van Newerburg en Albertina Henriette van Bylandt, echtgenoote van den Luitenant-Generaal Johan Frederik, Graaf van Dohna Terrassière, die na den slag van Denain, den 24sten Julij 1719, in de Schelde verdronk.
Zie S(ylvius), Leven en Bedrijf van Willem III, D. I. bl. 250; van Spaen, Inl. tot de Hist. van Geld., D. IV. bl. 33; van Sypesteyn en de Bordes, de Verded. van Nederl. in 1672 en 1673; Bosscha, Neêrl. Heldend. te Land, bijlage bl. 5 en 13, uit medegedeelde berigten aangevuld. |
|