[Abraham Biben]
BIBEN (Abraham), geboren te Leiden den 16den Februarij 1798, waar zijn vader Willem Biben koopman was. Zijne moeder was Femmetje Munnik. Na zich aan de Hoogeschool in zijne geboortestad in de Godgeleerdheid te hebben geoefend, werd hij in 1821 Predikant te Brandwijk en Gijbeland, waar hij naauwelijks was of hij ontving nog dat zelfde jaar een beroep naar Noordwijk aan Zee, dat hij echter meende niet te moeten aannemen. In 1823 evenwel volgde hij eene roepstem naar de Nieuwe Tonge, waar hij verbleef tot in 1828, toen hij, na in dat zelfde jaar voor eene beroeping naar Sprang bedankt te hebben, naar Edam vertrok, waar hij werkzaam bleef, tot zijn Heer hem den 26sten November 1849 naar betere gewesten verplaatste.
Biben was een zeer werkzaam mensch, waarvan hij blijken gaf door de schriften, tot wier bewerking hij, onder het getrouw waarnemen van zijne ambtsbezigheden, nog de tijd wist uit te woekeren. Daar onder zijn de volgende vier door de Maatschappij: Tot Nut van 't Algemeen met goud bekroond:
Zondagsboek voor de Huisgezinnen der mingeoefende Christenen. Amst. 1835.
Het dorp aan Zee, of het heilzame van Godsbeschikking in het verbergen der Toekomst. Amst.
Wenken voor Ouders uit den minvermogenden stand, ter regeling van de Godsdienstige en Zedelijke Opvoeding hunner kinderen. Amst.
Tafereelen uit het Leven van Dienstbaren. Leid. 1846.
Voorts bestaan mede van zijnen hand:
De Heer van Meerwijk en zijne zonen of het Verderfelijke der Sterke dranken, in voorbeelden aangetoond en door bewijzen gestaafd. Amst. 1839.
Oud-Hollands deugd in hare waardij geschetst en ter beoefening aangeprezen, of zet de tering naar de nering, eene eeuwige les voor alle standen der Maatschappij. Edam. 1839.
Bovendien heeft hij nog in het licht gezonden:
De Vruchten eener goede Opvoeding, uit het Hoogduitsch.
Handwijzer op den Kruisweg des levens, uit het Hoogduitsch.
Kunst om Kinderen te bederven, uit het Hoogduitsch.