[Lambertus de Beveren]
BEVEREN (Lambertus de), geboren in 1673, waarschijnlijk te Tilburg, was een zoon van Willem de Beveren, Predikant te Tilburg die een natuurlijke zoon was van Willem de Beveren Cornelisz. De moeder van Lambertus was eene dochter van den bekenden Geschiedschrijver Lambertus van den Bos, naar wien de jongeling werd genoemd. Lambertus heeft zijnen akademischen loop te Groningen volbragt. Zijn eerste beroep was in 1695 te Noordhorn in genoemde provincie; in 1708 vertrok hij naar Meppel en in 1715 naar Hoorn, alwaar hij is overleden den 28sten Januarij 1742. Tweemalen is de Beveren gehuwd geweest, bij zijne eerste vrouw Catharina Stegnerus, eene dochter van Antonius Stegnerus, Predikant te Groningen, heeft hij verwekt, behalve twee dochters, een zoon Antonius Wilhelmus de Beveren, geboren den 12den September 1700 te Noordhorn, achtervolgens Predikant te Schellinkhout, Oostzaan, Naarden en Middelburg, waar hij den 12den Februarij 1782 overleed. Hij heeft twee vrouwen gehad, Wilhelmina Molenwerf en Jozina Christina van Citten, bij de laatste was hij vader van Willem Aarnout de Beveren, die volgt. De tweede vrouw van Lambertus de Beveren, Sophia Theodora Feltman, eene dochter van- den Advokaat Feltman te Groningen, heeft hem overleefd, en eenen zoon geschonken, die naar zijne moeder Theodorus Feltman de Beveren is genoemd. Deze, die een geleerd man was en de achting van een ieder wegdroeg, werd geboren te Noordhorn den 16den November 1706. Hij werd eerst Predikant te Schellinkhout, daarna te Schipluiden, voorts te Vlissingen en eindelijk te Utrecht, waar hij den 10den April 1767 overleed. Hij was in 1744 gehuwd met
Anna Elizabeth Adriani, eene dochter van Adriani, Secretaris der Gedeputeerde Staten van Groningen, die hem twee dochters schonk.
Lambertus de Beveren heeft zich beroemd gemaakt, door zijne schriften, welke in zijne tijd zeer geprezen werden.