[Nicolaas Amama]
AMAMA (Nicolaas), een zoon van Sixtinus Amama, die volgt, was in of omtrent 1618 te Franeker geboren, waar hij ook waarschijnlijk zijne studiën volbragt. In 1645 had hij reeds tot zijnen meester in de Wijsbegeerte Johannes Fockelens, Fockeles, ook wel Holwarda genoemd, doch meer bekend onder den naam van Johannes Phocylides, in wiens vrije redeneertrant hij bijzonder behagen schepte; zonder zich dan ook van Aristoteles te laten aan banden leggen, volgde hij dien van zijnen leermeester in de bijzondere lessen welke hij sedert over de onderscheidene deelen der Wijsbegeerte hield. Dan deze vrijheid en eenige andere zaken verwekten hem onaangenaamheden van sommige Hoogleeraren te Franeker, en beletteden dat hem een leerstoel aan de Hoogeschool aldaar werd toevertrouwd, Ofschoon hij naauwelijks 28 jaren bereikt had, toen hij in 1656 ten grave daalde, straalt er zeer veel belezenheid door in de verhandelingen, die van hem het licht zien onder den titel van:
Dissertationum Marinarum decas, in quo, praeter Marina problemata, varia passim fundamentalia, è solidioris Philosophiae principiis deducta, dogmata discutiuntur. Franecq. 1641. 8o.
Zonder zich aan de nieuwe wijsbegeerte te binden, verwijderde de schrijver zich daarom verre van de oude.
Zie Chalmot, Biogr. Woordenb.