Personalia
Peter Theunynck (Eeklo, 1960) is neerlandicus. Hij verdient zijn brood als zelfstandig tekstschrijver. Hij publiceerde totnogtoe twee dichtbundels: Berichten van de Pan American Airlines & C (1997) en De bomen zijn paars en de hemel (1999); een derde bundel is in voorbereiding. Sinds 1996 is hij deeltijds met de biografie van Karel van de Woestijne bezig. Over dit onderwerp publiceert hij in diverse literaire bladen.
Maaike Kramer (Groningen, 1972) studeerde moderne Nederlandse Letterkunde aan de Rijksuniversiteit van Groningen en is als conservator werkzaam bij het Letterkundig Museum. Ze was medebezorger van het literaire gedeelte van Theo van Doesburg: oeuvrecatalogus.
Sjoerd Van Faassen (Assen, 1949) is hoofd Collecties van het Letterkundig Museum. Hij heeft publicaties over verschillende aspecten van De Gemeenschap op zijn naam staan. Voor de reeks Achter het Boek bereidt hij samen met Maaike Kramer een uitgave voor van de briefwisseling tussen Jan Engelman en H. Marsman uit de jaren 1925-1940.
Stefan Van Den Bossche (Aalst, 1962) studeerde letterkunde aan de KU Leuven? Hij publiceerde essays Het Pajottenland door schrijvers heen (1992), Een kortstondige kolonie. Santo-Tomas de Guatemala. Een literaire documentaire (1997) en De adem van Mistral (2000). Hij schrijft voor verschillende tijdschriften en is redacteur van ZL en Vlaanderen. Momenteel werkt hij aan een biografie en een proefschrift over de dichter Jan van Nijlen.
Ernst Bruinsma (Heerenveen, 1966) studeerde Nederlands aan de Rijksuniversiteit Groningen en is als wetenschappelijk medewerker verbonden aan het L.P. Booncentrum van de Universiteit Antwerpen (UIA). Hij werkt aan een boek over de geschiedenis van uitgeverij Manteau. Voorts schrijft hij een proefschrift over Louis Paul Boon en het modernisme. Daarnaast is hij redacteur van Literatuur.
Bert Van Raemdonck (Gent, 1977) studeerde Germaanse talen en journalistiek. Hij is als wetenschappelijk medewerker verbonden aan het Centrum voor Teksteditie en Bronnenstudie. In die functie werkt hij in het AMVC-Letterenhuis aan de ontsluiting van het archief van het Nieuw Vlaams Tijdschrift. Momenteel bereidt hij een kroniek voor over de eerste jaren van het NVT.