ZL. Jaargang 1
(2001-2002)– [tijdschrift] ZL– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 58]
| |
Hugo Verriest door Jan Toorop, houtskooltekening uit 1913 (Collectie AMVC-Letterenhuis)
| |
[pagina 59]
| |
AMVC document
| |
Ingoijghem, 25 Juli 1913Geachte Heer Steenhoff. Ik logeer op dit oogenblik bij Hugo Verriest alhier, voor zijn portret dat de Violier op 17 Aug. hem zal aanbieden. Het portret is thans gereed. Stijn Streuvels en vele andere kunstvrienden onder de Vlamingen vonden het uitstekend geslaagd. Het portret zal in september op de groote najaarstentoonstelling te Antwerpen geexposeerd worden. Stijn Streuvels zal er prentbriefkaarten van laten maken voor de feestvie- | |
[pagina 60]
| |
renden. Het feest waar S. Streuvels de leiding van neemt wordt op een allergrandiooste wijze opgezet. Men spreekt van 25000 menschen [,] fanfaren 38. paardenvolk, ruiters. Kunstenaars-verenigingen, letterkundigen enz. enz. enz. Een groote zaal wordt opgericht voor 2000 genoodigden aan tafel. Het belooft dus iets grootsch. Met beleefde gr[oeten]. Hoogachtend J.H. Toorop Hugo Verriest (Collectie AMVC-Letterenhuis)
| |
[pagina 61]
| |
Op de foto schreef Toorop deze commentaar: Hier is hij eenige jaren geleden. Kaartje van Jan Toorop aan Piet Steenhoff, 25 juli 1913 (Collectie AMVC-Letterenhuis)
| |
[pagina 62]
| |
In de originele foto zitten enkele tientallen punaisegaatjes. Steenhoff heeft de beeltenis van Verriest ongetwijfeld jarenlang in zijn werkkamer opgeprikt. Het grote Verriest-feest werd op voorstel van de journalist en flamingant Alfons Sevens (1877-1961) georganiseerd door de Vereniging van Vlaamse letterkundigen. Naast Sevens en F.V. Toussaint zorgde Verriests beroemde dorpsgenoot Stijn Streuvels (als ‘kasmeester’) voor de goede gang van zaken. Het feest lokte op 17 augustus 1913 meer dan 15.000 mensen naar Ingooigem. Haast alle Vlaamse letterkundigen waren aanwezig, onder hen de Van Nu en Straksers, die met Verriest altijd op goede voet stonden. Toorop bewaarde duidelijk de beste herinneringen aan zijn verblijf in het vooroorlogse Ingooigem. Op 15 april 1919 schreef hij aan Verriest: ‘Ik verlang toch zoo u weer eens te mogen terugzien, met de hoop dat de goede God u weer spoedig gezond & opgewekt moge maken en dat de warme zonnestralen u weer heerlijke verkwikking moge[n] schenken. Want u moet na zooveel lijden dezer laatste jaren weer geheel opgeruimd zijn en geheel heerlijk kunnen genieten van uwe gezondheid. Ja?’. Naar aanleiding van Verriests tachtigste verjaardag op 25 november ging op 9 december 1920 nog een lange brief vol lof en gelukwensen, en ook met heimwee naar het verleden: ‘Gij hebt in mij steeds vroeger zulke innige woorden, gedachten & gebaren achtergelaten, omgeven door zulk een heerlijk atmosfeer van uwe lieve & hertelijke gastvrijheid, daarom en om nog meer kan ik u niet vergeten’. De hartelijke contacten tussen Verriest en Toorop leidden in 1913 tot een van de indringendste portretten van Verriest. |
|