Het zingende nachtegaaltje, fluitende verscheidene vrolijke en vermakelijke liederen(ca. 1860)–Anoniem Zingende nachtegaaltje, fluitende verscheidene vrolijke en vermakelijke liederen, Het– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] De Lof der Koffij. (Vrouwenlied.) Wijze: De wereld is in rep en roer. Laat ieder zingen naar zijn zin, Den lof van bier, of wijn en min, Wij willen 't niet misprijzen, bis. Maar zijn, op onze beurt bereid, Den nectar der gezelligheid, Naar waarde te doen rijzen. bis. 2. Ja, gij, o edel Koffijnat! Gij zijt het, die 't genot bevat, Waarnaar zoo velen haken; bis. Wat ware toch der vrouwen lot, Kon niet de geur'ge Koffijpot Haar zinnen juist vermaken? bis. 3. De zachte scherts, de zoete kout, Verloor gewis het geestig zout, Dat immer de aandacht boeide; bis. En na een algemeen gegaap, Viel heel 't gezelschap wis in slaap, Zoo niet de koffij vloeide. bis. 4. Den vrede tusschen man en vrouw, Zou men, ondanks opregte trouw, Veel minder zien betrachten, bis. Waar 't smaaklijk kopje koffij niet, Een tegengif voor 't stil verdriet, Als manlief zich laat wachten. bis. 5. Ja, ieder onzer stelt gewis, Dat koffij onontbeerlijk is, Als heulsap in het leven; bis. Lang bloeije dan de Koffijplant, En met haar de ed'le Handelstand, Zoo zal ze ons nooit begeven. bis. Vorige Volgende