De zingende zwaan, of vervolg op de Overtoompse markt-schipper
(1759)–Anoniem Zingende zwaan, of vervolg op de Overtoompse markt-schipper– Auteursrechtvrij
[pagina 61]
| |
Op een aangenaame Voys.
DE Liefde van het Meysje
Die duurd tot datze wijkt;
Of Pleuntje glad van Vleysje
Wel na een Vrijster lijkt.
NEEL.
Zy weet voor u geen Baantje,
Loopt elders heen en Vrijd;
Of wagt my in dat laantje,
Gy Ligthart als gy zijt.
PIET.
Hy die wel wenscht te stranden
Op d'aangename kant
Van zoete Lipjes randen,
Met Ambrozijn beplant,
Vergund my dog dit Baantje,
Dat ik u eensjes kus;
Hier in dit eenzaam Laantje,
Daar ik mijn brand mee blus.
't Zijn aangename kusjes,
Van uwen Mond geplukt;
Verzeld met zoete lusjes,
Ik voel mijn Ziel ontrukt;
Ik dan u voor dit Baantje
En nog voor deze kus,
En schey hier uyt dit Laantje,
Van nu mijn Lief tot flus.
|
|