De zingende koddenaar
(1774)–Anoniem Zingende koddenaar, De– Auteursrechtvrijqueelende verscheide nieuwe liederen, die hedendaags gezongen werden
[pagina 47]
| |
Vois: Trynke daar hoe zal ’t nou wesen.
Minas.
Toen ik laast mijn Geytjes Weiden,
Door de klaveryke Laan,
Vond ik zitten aan der Heyden,
Een Veld Nimphje Diliaan;
‘k Heb haar Schuur en Stulp bekeeken,
En haar schaapjes menig fout,
‘k Voel tot haar mijn min ontsteken,
‘k Wensch met haar te zijn getrouwt.
Diliana mijn Voogdesse,
Schoonste Herderin van ’t Land,
Gy alleen zyt mijn Matresse,
Na wien dat mijn Hertje brand
Wilt u vee met mijne mengelen,
Laatse lopen in ’t gemeen,
En ons herten zamen strengelen
Tot wy beiden worden een.
Diliana. Herder stild u minne-klagten,
Laat mijn in mijn stulp gerust,
Daar gaan ik mijn Schaapjes wagten
En voldoet haar grage lust,
Gaat vry by uw Roosje vryen,
En klaagt haar jou Minnebrand,
‘k Heb u t’zaam sien speleryen;
Door de Linde hand over hand.
Minas. Dat is waar; maar weet mijn waarde
Dat het was op een Harders-feest,
Toen Damon met Philis Paarde,
Ziet ik ben daar niet geweest.
‘k Heb haar nooit een kus geboden;
| |
[pagina 48]
| |
Voor haar mond gelooft mijn nu,
Of zo straffen mijn de Goden:
Zo ik ymand Min als u.
Diliana. Of gy mijn al praat van Minne,
‘t Is om niet Herder Minnas:
Ik en kan geen trouw beginnen,
Om mijn Vader Dorias;
Die is oud en hoog van Iaren,
’t Zou hem brengen tot ‘er dood,
Zo ik met u wilde Paren;
En hem laten in de nood.
Minas. ‘k Zal u Vader onderschragen,
In zijn hogen Ouderdom:
En met zijn believe vragen,
Om te zijn u Bruydegom;
‘k Zal hem dienen en u minnen,
En ons Vee wel gade slaan,
Alderschoonste Herderinne:
Wilt daar op mijn trouw ontfaan.
Diliana. Minas laat ons nu gaan treden,
In het wettig Trouw verbond,
Ik verlaat my op die Eeden:
Die gy spreekt met hert en mond,
‘k Wil u kussen en omhelsen,
En u weder liefde bien:
Onder Lind’, Willig’ en Elsen:
Want het mag met regt geschien.
Besluit. Herders en de Herderinnen,
Komt tot Feest met zoet geluid:
Laat Muzyk en Spel beginnen,
Diliana is de Bruid;
Minas is haar Bruidegom vaardig,
Vliegt nu kranssen van Groen kruid,
Speelgenoten kom nu vaardig;
Wens haar zegen tot Besluit.
|
|