De Zeventiende Eeuw. Jaargang 10
(1994)– [tijdschrift] Zeventiende Eeuw, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 351]
| |
De Republiek in Frans perspectief VI
| |
[pagina 352]
| |
(1606; A 75). Uit Holland ontving men rond 1810 o.a. van Abraham Mignon (1640-1679) het raadselachtige stuk waarop een panisch schrikkende ‘Kat die een vaas bloemen omgooit’ (A 129; zie illustratie). In zijn haast een muis te vangen uit een nog niet dicht geklapte val op de rand van een bloemennis lijkt de betrokkene zijn koelbloedigheid te hebben verloren. De toeschouwer voorziet de ontsnapping van het gedoodverfde slachtoffer en de catastrofe die zich al aftekent. Een parodie op het stilleven als picturaal genre? De emblematische verbeelding van een spreekwoord als ‘haastige spoed is zelden goed’? De kenners zijn er nog niet uit, zo blijkt wel uit de prachtige catalogus van de Parij se tentoonstelling, waar het doek figureerde onder nummer 31.Ga naar eind3. Hoe dit ook zij, het Amsterdamse Rijksmuseum blijkt een nagenoeg identiek stuk te bezitten. Over de vraag of het om een duplicaat dan wel om een copie gaat, is veel gedebatteerd. De samenstellers van de catalogus, H. Buijs en M. van Berge-Gerbaud van de Fondation Custodia, laten de lezer wat dit betreft op aangenaam-erudiete wijze in het ongewisse. Eén van beide stukken zou een copie kunnen zijn, stellen zij, en wel van de hand van Ernst Stuve (1657-1712), maar het zou ook kunnen dat Mignon hetzelfde schilderij in tweevoud heeft gemaakt; men kent immers een ander doek van zijn hand, ‘Boeket met horloge’ (Braunschweig, Herzog Anton Ulrich-Museum), waarop een vrijwel gelijke vaas bloemen voorkomt. Er is ten slotte sprake van een pendant, ook van de hand van Mignon en tegenwoordig in het bezit van de Hermitage in Sint-Petersburg: op dit schilderij beziet een geschrokken eekhoorn een naar links vallende vaas waaraan hij vast zit middels een kettinkje.
In 1988 werd de Association Rhône-Alpes des Conservateurs opgericht. Onder auspiciën van deze vereniging werd in 1989 een inventaris gemaakt van het regionale bezit aan Vlaamse en Hollandse schilderstukken uit de XVe t/m XIXe eeuw. Ze- | |
[pagina 353]
| |
ventien musea bleken Vlaams-Hollands werk te beheren, niet minder dan 1000 stukken in totaal. Eén van de topstukken betreft een authentiek werk van Rembrandt, ‘De steniging van de H. Stephanus’, daterend uit 1625 en voor zover bekend het oudste van zijn hand (Lyon, A 2735). Een dergelijke balans is vanzelfsprekend meer dan voldoende aanleiding voor een tentoonstelling. In 1992 werden er zelfs verschillende, nagenoeg gelijktijdig, georganiseerd onder één en dezelfde titel: La lumière du Nord, Flandre et Hollande au Sièvle d'Or. Het betrof het genoemde Musée des Beaux-Arts van Lyon (20, place des Terreaux, 69001 Lyon), het Musée de Brou (63, boulevard de Brou, 01000 Bourg-en-Bresse) en het Musée Duchelette (22, rue Anatole-France, 42300 Roanne). Het magnifieke drieluik bestond uit historische taferelen en portretten (Lyon), landschappen en genrestukken (Bourg-en-Bresse) en stillevens, ijdelheden en allegorieën (Roanne), honderdzesenveertig op een totaal van ca. vierhonderd geregistreerde zeventiende-eeuwse werken.Ga naar eind4. De tentoonstellingen werden omlijst door lezingen van G. Chomer, hoogleraar kunstgeschiedenis aan de Université de Lyon II, over ‘Le paysage Nordique au 17e siècle’ en ‘Le portrait à l'époque de Frans Hals et de Van Dyck’. Het Musée des Beaux-Arts van Lyon verdient op dit moment bijzondere aandacht. Het is de afgelopen jaren ingrijpend gerestaureerd. Eind november 1993 werd de afdeling Vlaams-Hollandse meesters na een sluiting van twee jaar heropend. Ter gelegenheid hiervan verscheen een sober uitgevoerde maar uitstekend gedocumenteerde inventaris van de hand van H. Buys en Mme. V Lavergne-Durey (Lyon).Ga naar eind5. |
|