Zeeuwsche Nachtegael en bijgevoegd Tafereel van sinne-mal(1982)–Anoniem Zeeusche Nachtegael– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Naturae sequitur semina quisque suae. GElijck de kruyden zijn van aard Verscheyden die de aarde baart, Soo sietmen dat groot onderscheyd Is tusschen mensch, end mensch geleyt, 5[regelnummer] End dat sy volghen elck het zaat Daar yders een natuer op slaat. De eene van natuere draaft Naar hoogheyd, d'ander altijd slaaft, De een wil sterven in het veld, 10[regelnummer] Een ander tot de vrede helt, De een moet reysen, d'ander sal Steeds blijven als een koe op 't stal, De een wil wesen Medicijn, De ander wil een Leeraer zijn, [pagina 152] [p. 152] 15[regelnummer] De derde word een Advocaat, Eens anders lust naar 't Coopen gaat, De eene die wil zijn een boer, De ander haat hem als een loer, Een yder in sijn werck soo leeft 20[regelnummer] Nadat hy lust, of onlust heeft. Een lust; of onlust die sich streckt Naar dat hem sijn Natuere treckt. Vorige Volgende