De zang-godin aan 't Y. Deel 1(1755)–Anoniem Zang-godin aan 't Y, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 4] [p. 4] De Vryheid. Andante. Al is 't beminnen Zoet, het kan mijn niet be - hagen, Ik kan de Vrijheid dragen, maar gee-ne minne gloet, al is 't beminnen zoet: Mijn dichten en mijn trachten, het is em mijn te wachten, op dat de loose min, toch niets op mijn verwin. Die kwaad hier uit wil. den- ken, hy zal mijn hert niet krenken, hij strij-de voor de min, de Vrij-heid is mijn zin. [pagina 5] [p. 5] Van Zorgen ben ik vry, Zo lange Geest en Zinnen Bevryd zyn van beminnen; Ik zing, myn hert is bly, Van Zorgen ben ik vry; Geen meed' Minnaar, geen wreede, Niets rooft my nog de Vreede; ô Vryheid! op den Throon, De Vreede is uw Kroon; Die u niet kan waardeeren, Laat hem de Min vereeren; Hy leert nog vroeg of laat, Hoe loos de Min bestaat. ô Vryheid! zoet vermaak! Die voor u is gebooren, Hem kan geen Min bekooren, Dit is een vaste zaak, ô! Vryheid zoet vermaak! Bemint gy zoetigheden, Paart Vryheid met de reden; Gy vind na uwen wensch Den Lusthof voor den Mensch: Die dit niet kan beseffen Laat hem de Minschigt treffen, Het is zo breed als lang, De Vryheid is geen dwang. Vorige Volgende