Vooraf
Google.be doet niet mee. De democratische toetssteen van wat er zoal leeft in ons gedigitaliseerd bestaan, lijkt ons in de steek te laten als het om de gepolitiseerde notie veiligheid gaat. In plaats van bezorgde politici op uw scherm te zien verschijnen, worden u het vademecum van een universiteit, advies voor kmo's, e-goederen, jobs, De Schelde, Kind en Gezinsweetjes en Europees advies aangeboden. Pas op de tweede pagina herkennen we veiligheid als ‘belangrijk thema’ in een politieke context.
yang protesteert. Veiligheid en politiek - daar dient over te worden geschreven. U vindt beide elementen in elk geval terug in het door Daniël Rovers samengestelde en ingeleide dossier ‘Feit in fictie’. Gangmaker is Alexander Kluges tekst ‘Op het scherp van de snede heeft politiek het onmogelijke nodig’ (vert. Erik de Smedt). De tekst verslaat dubbelop een veiligheidsconferentie van de NAVO in München en laat de waarschijnlijkheid de onwaarschijnlijkheid binnensijpelen. ‘Feit in fictie’ is het precies om het ‘onveilige’ vervagen van dit soort grenzen te doen. Het dossier sluit aan bij een vraag die yang al jaren bezighoudt: hoe in literatuur de werkelijkheid op het spel staat. De ruime scheidingszone tussen stad en conferentie waar Kluge het over heeft, het ‘BUITENKORDON’, kondigt een schemerzone aan. Dit niemandsland wordt achtereenvolgens doorkruist door Eddy Bettens die er het tweehoofdige monster van feit en fictie te lijf gaat, Roberto Bolaño die een encyclopedie van de naziliteratuur samenstelt (vert. Aline Glastra), Daniël Rovers die met Harry Mulisch op pad gaat naar het einde van de roman en Pierre Michon die verre horizonten aftuurt (vert. Rokus Hofstede). Het tweede luik van ‘Feit in fictie’ is een testgebied met Sven Vitse, Sven Cooremans, Eva Cox, Jeroen Theunissen, Bruno Mistiaen en Yves Petry als crash test dummies van dienst. Zij werden erop uitgestuurd om (geheel conform yangs veiligheidsnormen) hun