Yang. Jaargang 18

Louis Jacobs

Feestmaal

Een feestmaal hadden ze gisteren,
de kinderen waren thuis,
allemaal.

Soep van verse kervel, steak van 't paard
en frieten van Gelderse vroege,
geraspte wortels,
halflange Nantese verbeterde,
rode biet, Egyptische platronde,
tuinkers, grootbladige,
en sla, wonder der vier jaargetijden
met bieslook en peterselie, lage zeer fijn gekrulde,
en daartussen radijsjes ronde scharlakenrode.

Vandaag eten ze nog de resten
met een sneetje brood.

Hoe ik dat zo nauwkeurig weet?
'k Ben hun konijn,
ik ben het die hun schillen vreet!