| |
| |
| |
Tijdschriftelijk
* Kunst & cultuur, XV, 2, febr. '82, Koningstr. 10, 1000 Brussel, abonn. 450 F op 210-0709979-88.
Over Tsjechische Barok (Le Baroque en Bohème) te Parijs (F. Boenders), Japanse kunst (uit de Edo-tijd, 1600-1868), te Londen, Jozef van Hoeck over het Michel de Ghelderode-jaar (n.a.v. de 20ste verjaardag van diens overlijden), en Mechtilt Greiner over Frankrijks literaire prijzen anno 1981, waarbij lui-dens het artikel de ‘konventionaliteit’ van de bekroonde werken opvalt. Van het muzikale front niks als slecht nieuws, cf. het korte artikel van Herman Sabbe (aan wie we ooit een aflevering wijdden): ‘Het gaat slecht met de componisten van nieuwe muziek, met de nieuwe muziek, met de wereld waarin die nieuwe muziek gemaakt wordt.’
| |
* Creare, X, 6, dec. '81, Fabriekstr. 5, 2440 Geel, abonn. 350 F op 000-0181294-01.
Een verhaal van R J. Van de Maele, gedichten, plastisch werk van Lode Tibos, een tijdschriftenrubriek en enkele korte recensies. Je kan Creare heel snel uitgelezen krijgen. Het is heel erg verzorgd. Deze tiende jaargang eindigde op kousevoeten. Men blijft zo'n beetje immer dezelfde dampkringetjes tegen immer dezelfde ruiten vormen. Wat te zeggen dan ‘goede vaart’?
| |
* Gnoom, 4, febr. '82, Bikschotelaan 124, 2600 Berchem, abonn. 50 F op 068-0931070-91.
Het kleinste tijdschriftje in Vlaanderen, met zeer eigenaardige periodiciteit: anderhalfmaandelijks. Tot overmaat van ramp ook ‘onafhankelijk’. Geschreven voor ‘eenhoornjagers, droomdokters en keukenpoëten’. Johan Bovijn schrijft in deze aflevering neer dat sneeuw niets anders is dan regen die frigide uit de lucht valt. En nu op zoek naar sneeuwwitjes.
| |
* Kruispunt, XX, 80, dec. '81, Boeveriestr. 8, 8000 Brugge, abonn. 225 F op 001-0873424-15.
Dit tijdschrift valt op door zijn zeer variabele ‘werkgroep’, en het vermoeden dat de kwartaalcompilaties het werk van één man zijn. Verder zal u het ‘recht op antwoord’ n.a.v. een recensie welbekend zijn, maar erg veel heeft deze rubriek nog nooit om het lijf gehad. Ze strekt enkel tot meerdere eer en glorie van enfant terrible Heuzel. De tijdschriftkommentaren lijken zó geleverd uit een kwieke databank: kort, krachtig, net niet onder de gordel. Een bloemlezing van sneren, waar ook al niks leuks meer aan te beleven valt. Het is huilen met de abonnementenpet op. Jan Schepens doet weer het literair-historische stof even opwaaien met een zeer grondig gedokumen-teerde bijdrage over Anna Germonprez (Hannah). Bert Willems bespreekt poëzie van Mark Journée. Willy Copmans reageert apologetisch op een artikel van L. Hanssen omtrent inzenden naar tijdschriften en lange wachttijden. Het belang van het insluiten van retourport dient dubbel onderstreept.
| |
* Kreatief XVI, 1, april 82, Groeningestr. 23, 8610 Wevelgem, abonn. 550 F op 001-0068788-91.
Alstein, de integere links-rechts-lansenbreker voor een ‘generatie’ prozaïsten (tussen 30 en 40 jaar en bij voorkeur in het Antwerpse woonachtig, bij voorkeur ook met de '68-zelfklever der rooie zaligheid op het voorhoofd), heeft weer een veilig ‘essay’ afgescheiden tijdens zijn vrije uren als beroepsschrijver. Hij is nooit de eerste om in een belangrijk blad een nieuwe titel te evalueren, hij zal het ook nooit dúrven zijn. Wél beoefent hij af en toe de veilige wraak (daarbij steunend op verzwegen, per- | |
| |
soonlijke argumenten) of huilt ie mee met de aktuele wolven. Hij schrijft dat ie een ‘stille bewonderaar’ is van de Coninck en Gruwez, ws. omdat ie met geen ander dichtwerk vertrouwd is of omdat het stààt. Van Gruwez en de Coninck zou hij alvast ‘zwijgen’ kunnen leren. Het Alstein-essay is verder een futloos titel-auteur-kommentaar-hudjemudje van vrienden en vriendinnen. A propos: wanneer een bekroning voor deze Vlaamsche Schrijver? Vergeet 'm niet te lezen: hij ligt in ‘de boekhandel’. Aldus de jongen zelf, wiens foto soms niét in het Winkler Prins Jaarboek prijkt, in een ‘essay’ over anderen. Wat daarentegen in Kreatief blijft boeien, zijn de originele plastische signalementen door Bert Popelier. Die zijn ten minste niet vervelend, zoals zovele recensies en beschouwingen. In dit nummer gaat het over de beeldhouwer Paul Van Rafelghem.
Het tijdschrift Kreatief heeft nu ook een ‘Uitgaven Projekt’, met recente publikaties van Hedwig Verlinde en Christiaan Germonpré.
| |
* Poppenspel, II, 3, febr. '82, Bomastr. 47, 9000 Gent, abonn. 200 F op 320-0301783-86.
Dit tijdschrift, dat vier nummers per jaar uitbrengt, is een uitgave van het Vlaams Verbond voor het Poppenspel vzw (sekretariaat: Serigiersstraat 5, 2020 Antwerpen). Er is een interview met poppenspeelster en -maakster Greta Bruggeman, die drie maanden in het Franse ‘Institut International de 1a Marionette’ verbleef. Niet-poppentheaterpoppen worden door W. Van Nespen ter sprake gebracht. Op blz. 9 vindt u een kort overzicht van Vlaamse en Nederlandse Archieven alwaar poppen plus poppeninformatie en -dokumentatie. Freek Neirynck schrijft over Gaston Engels, de laatste Belgische poppenspeler van de foor. Tone Brulin wordt geïnterviewd door Daan Bauwens. Brulin blijkt zijn poppeninteresse te danken aan Teirlinck, die op zijn beurt Gordon Craigs theorieën kende. Michel Van Mullem verslaat een in november '81 gehouden paneelgesprek te Gent over ‘traditioneel poppenspel - oorsprong en evolutie’. Hij polst eveneens de Brugse beroepspoppenspeler Piet Hinderyckx naar geruchten omtrent het feit dat Brugge poppentheaterloos zou worden. Blijkt dat Hinderyckx opera- en operetteplannen koestert met zijn marionetten, maar behuizing is het obstakel.
| |
* R.I.P., I, 1, april '82, Leopoldstr. 33, 3000 Leuven, abonn. 280 F op 7364033015-13.
Ontstaan uit de necrofiele kringen van vooral Sint-Niklase germanisten te Leuven. In een (mij) boeiende toonaard gezet. Zéér goede poëzie van Pollet, van Assche, van den Brande en van Bastelaere. Bedert met een essay over werk van Leo Pleysier. Een ‘massief’ interview met Nic van Bruggen en zijn tot op de draad versleten katten. De Germaanse talen worden druk gehanteerd. Kijk: een eerste nummer, en alreeds boeiend. Zelfs vrij verzorgd van uiterlijk, helaas kijkt ‘men’ in Vlaanderen huiverig tegen nietjes aan. Zij schrijven in vrede.
| |
* Tmuzet, V, 42, febr. '82, Borsbeekstr. 80, 2200 Borgerhout, abonn. 250 F op 220-0652686-09.
Nu op groot formaat, de magazines achterna. En een indrukwekkende periodiciteit. Een eerste blad over de Zwijger. Het proza wat men beschouwenderwijs aan DZ wijdt, wordt vermoeiend. Verder informatie tot het niet meer op kan: wat daarvan gezegd tenzij ‘drukken-maar!’? Een heuse kinderkrant middenin, onder de titel ‘ttatert’. Boris Rousseeuw belicht het ‘Elsschotjaar’. Het wordt druk dit jaar: de Ghelderode, Elsschot, Buysse, Joyce,... Er is een stuk over SF & F. En voor wie nog een radio bezit: over het programma-aanbod op de vrije radio's.
Joris Denoo
|
|