Popart
Ik heb me tranen gelachen met dat bericht over die popart-man die in woede een mislukt beeldhouwwerk uit het raam gooide en dan daarna een ton gereedgemaakte pleister, twee bloempotten en zijn schoonmoeder.
De schoonmoeder daargelaten had het alles samen een echt popart-meesterwerk kunnen zijn. Of het dat ook geworden is, heeft de krant niet meegedeeld. Er werd alleen nog gezegd dat een voorbijganger klacht heeft neergelegd omdat hij spatten pleister over zich kreeg. Daaraan ziet ge weer eens hoe weinig voorbijgangers iets voor de kunst voelen.
Maar deze week heb ik het zelf nog ondervonden hoe ge u maar eens koleirig moet maken wilt ge met een meesterwerk voor de dag komen. De hele dag had ik al geknoeid aan iets dat maar niet wou lukken. Zelfs niet met het topje van mijn tong naar buiten te krullen, iets dat ik reeds als kind deed, als ik iets heel netjes met de schaar had uit te knippen. Ik hoor het grootmoeder nog altijd zeggen: ‘die zal eens zijn tong afsnijden met die schaar!’
Doch zoals gezegd, niets baatte. Ik probeerde het met verf, maar de kleur was toen niet dàt. En bovendien bleek mijn borstel veel te breed.
Weet ge wat ik doe? , zei ik toen tot mezelf... ik neem een zwart potlood en begin in die verf te tekenen. Ja, en dat deed ik ook, en toen brak de punt van mijn potlood. Op zo'n moment zoudt ge zelfs uw geloof in de Amerikanen nog verliezen.
Woedend heb ik toen het potlood neergesmeten en de pot verf een schop gegeven. Waarom wilt ge toch schilder worden?, heeft toen diep in mij een stem gezegd... schrijver blijf toch bij uw leest!
En om die stem te smoren, kwaad op heel de wereld en iedereen, greep ik een bus zwarte spuitverf en