[Nummer 10]
Documenten
Het vijfde Oorlogsjaar
Het vijfde oorlogsjaar is ingetreden en behoudens onvoorziene katastrofen ligt het einde der wereldrevolutie niet in het verschiet. Begonnen als oorlog tusschen Duitschland en Polen - den 18. September heeft de Poolsche staat sedert vier jaar virtueel opgehouden te bestaan en alles doet veronderstellen, dat hij te Katyn wel voor goed zal begraven zijn geworden - louter om Danzig en den Korridor, drie dagen later reeds uitgebreid tot een oorlog van Frankrijk en Engeland tegen Duitschland, nadat Mussolini een supreme poging had gedaan om den brand te beperken, zijn ten slotte Italië, Noord-Amerika, Japan in den dans gesprongen, vergezeld of gevolgd van een aantal kleinere staten, zoodat nu, oneindig meer dan in 1914-1918, sprake is van een wereldoorlog.
In het algemeen zijn, wat men noemt de breede lagen der bevolking, kort van memorie, afgezien nog hiervan, dat zij zich vastklampen aan vooropgezette meeningen en vooroordeelen. Nog steeds blijft het waar, dat de wereld wil bedrogen zijn. Wij moeten eraan verzaken langs den weg der rede, met behulp van solied bewijsmateriaal, de gangmakers der openbare meening te willen overtuigen van de ontzettende oorlogsschuld der Anglo-Amerikanen. Dit, niettegenstaande de sluier, die over het ontstaan van dezen wereldoorlog werd geweven, zoo doorzichtig is als men het slechts wenschen kan.
Maar de sterkste man is niet steeds degene, die alleen staat en de beste zaak niet immer deze, die geen verdedigers behoeft. Ook degenen, die zich niet ten prooi gooien aan domme hartstochten, zijn genoodzaakt van tijd tot tijd hun geheugen op te frisschen. Waarom deze wereldoorlog? Dat is de vraag, wier beantwoording tot dit opfrisschen van het geheugen leidt.
Aan de basis van alles ligt het Diktaat van Versailles. ‘Alleen slechts een politiek kind kon gelooven, dat de Duitsche natie voor alle tijden, tot in der eeuwigheid, in den toestand van het jaar 1919 zou blijven’, verklaarde de Führer in zijn Rijksdagrede op