Het vrolyk Keesje in de verdrukking(1789)–Anoniem Vrolyk Keesje in de verdrukking, Het– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina D3v] [p. D3v] Op het tegenwoordige. Op een oude Wys. De Vryheid is uit 't Land geweken, Men mag niet meer van Vryheid spreeken, Sedert dat den Dwingeland Hier verkreeg den overhand. Wy kryzen nu voor Vryheid - slagen, En zien den Patriot verjagen, Die van zyn Huis en Kroost beroofd, Vlugt naar het Fransche Opperhoofd. Men vlugt naar Keizer en naar Koning, Die daar vergunt een vrye Wooning, Aan ieder Neêrlands Patriot, Die vlugt voor het Oranje-rot. Wy hoopen, dat 't hun moog' behagen, Dat Neêrlands Volk in korte dagen, Hun Dwingland zien ter neêr geveld, En elk in 't Wettig Recht hersteld. [pagina D4r] [p. D4r] Ofschoon men voor 't Geweld moet bukken, En Roof- en Plunder - zucht gelukken, En steeld, en moord, en scheld, en brand. Tot ondergang van 't Vaderland, - Wy willen nog voor Neêrlands Knechten, Hoe ook verdrukt, een Eer-kroon vlechten, Voor hun betoonde Heldenwerk! Zo als het bleek te Ouderkerk. Ook is den Diemerbrug ten blyke, Hoe dat den Pruis moest voor hur stryken; Zo als men van de Diemerdam, En den Duiven-brug vernam. Hoe zag men toen die Moffe knoeten, Half dood, rondsom in 't water wroeten, En roepen; ach main lieber Got! Ontferm mir, ed'ler Patriot. Dan wat komt gy hier voor erlangen, Myn Helden! - als, in boeijen prangen, Banning, schelden, smaad en hoon, Dit ziet men daaglyks, ie uw loon. 't Canailje, met den Leus verheven, Ziet men bedreigen Goed en Leven; Zo wordt den fieren Belg geplaagd, En 't Recht schynt uit het Land gejaagd. [pagina D4v] [p. D4v] Dan houd maar Moed myn Lotgenooten! Twee Jaaren hebben, onverdrooten, Ons reeds den rugge toegekeerd; Na dat 't Geweld ons heeft verneerd; Laat deze Winter nog verloopen. Dan zullen we, willen we hoopen, De Vryheid zien in Zegenpraal, Herstellen, door der Fanschen Staal. Laat hier op, Vaderlandsche Keezen, Die, hoe verdrukt, geen Dwingland vreezen, Schenken een glaasje Wyn; 't Moet uitgedronken zyn; ‘Op d' Ondergang der Slaven, - Op d'Inkomst onzer Braven, - En 't Herstel van Rust en Vree.’ Vivat! - Triumph! - Hoezée! Vorige Volgende