De vrolyke prinsman, zingende allerhande nieuwe liederen
(1788)–Anoniem Vrolyke prinsman, zingende allerhande nieuwe liederen, De– Auteursrechtvrij
[pagina 89]
| |
't Is liefde tot God en alle Menschen,
Vreede en Eendragt
Word van elk geagt;
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
2. Laaten wy als Broeders zaam,
In Vreede en in Eendragt leeven,
God die zal ons zegen geeven,
Luystert tog na myn vermaan;
Wat helpt al dat schelden en raazen,
Ik zeg 't is erger als de dwaazen,
Een paarigheid,
Weg haat en nyd,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
3. Men hoort van meenig lasteraar,
Die van zyn naaste heeft kwaad gesproken,
En de nyd meer gaat aanstooken,
Dat somtyds geloogen waar;
Mensch wilt u niet schuldig maaken,
God is meester van de zaake;
Vreede is myn lust,
Wat baat de onrust?
Laaten wy Hem looven,
Vivat Oranje boven.
4. Men ziet 'er zo menig exempel van
Tusschen Man en Vrouw of Vrinden,
Dat haar brengt in groote elende,
Men weet niet hoe 't geschieden kan,
Het kost zo meenig een zyn leeven,
Als men daar aan denkt, wie zou niet beeven;
't Is al verdriet,
Wat men hoort en ziet,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
| |
[pagina 90]
| |
5. De Prins verzoekt in het plakaat,
Zo als een ieder mensch kan leezen,
't Zou voor hem een vreugde weezen,
In 't minst geen nyd of haat;
Dan zal God ons met zeegen kroonen,
Hy zal de Weldoenders loonen,
Maar het kwaad
Niet ongestraft laat,
Daarom laat ons Hem looven,
Vivat Oranje boven.
6. God is meester van de wraak,
De Ovrigheid die zal het regten,
De Heer heeft haar gesteld als knegten,
Zy draagen niet vergeefs het zwaard;
Wat onze Ovrigheid zal wyzen,
Dat moeten wy met liefde pryzen,
Als Onderdaan,
Met vreugd voortaan,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
7. Ik hou het voor een deftig Man,
Die zig in een party zaaken
Daar men ruuzie zoekt te maaken,
Zig daar buiten houden kan;
Geen vegter kan hem overwinnen,
Die dit bedenkt met hert en zinnen,
't Is een Vrind
Die elk bemind,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
8. Daar zyn 'er genoeg in Nederland
Die geen rust of vreê kunnen houden,
Maar altyd twist en tweedragt bouwen,
Men ziet 'er genoeg aan alle kant;
't Is ryk of arm, gaan over de straaten,
| |
[pagina 91]
| |
Zy weeten laster van hem te praaten;
't Is best men laat
Dit gruwel kwaad,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
9. Komt gy Neêrlands Volk te zaam,
Laaten wy met hart en handen
Ons door liefde gaan verpanden,
Als onze Voorvaders hebben gedaan;
Dan zal God ons Land laaten bloeijen,
Dan zal Koopman en Zeevaard groeijen,
Met de Ambagtsman
Zal 't beter gaan;
Laaten wy Hem looven,
Vivat Oranje boven.
10. Nog een versje voor het lest,
Vreest God en de Overheden,
Dan geniet gy rust en vreede.
En dit hou ik voor het best;
Wilt des Digters raad beschouwen,
Dan zal het u nooit berouwen;
Daar vreê regeert,
Het Land vermeert,
Laaten wy God looven,
Vivat Oranje boven.
|
|