Het vrolyk gezelschap op Amstels zangburg. Deel 2(1780)–Anoniem Vrolyk gezelschap op Amstels zangburg. Deel 2, Het– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Zang. Wys: In 't Lommer van deez' Elsen. 1. EEn poezel aardig Meysje, Gevoelden een vreemt verdriet: Het kroop haar door het Vleysje, En 't Sloofje dat kon het niet. 2. Zy ging zig half ontkleeden, En zogt, (als of zy 't vond) Van boven tot beneden, Om ziende in het rond. 3. Maar niets, dat kon haar baten, Waar dat zy voeld of tast, Het Jeukten als uytgelaten: Tot dat zy wierd verrast. 4. Daar kwam een Herder Roeyen, Regt midden door de Stroom; Die 't Bloempje af wou Snoeyen, Van eene Rooseboom. [pagina 35] [p. 35] 5. Hy kreeg haar in zyn Oogen, En zy keek na die Kwant: Cupido kwam gevloogen, Stak Stroom en Land in brand. 6. Zy vlugten quasi heenen, Maar voelde meerder Pyn: Hy volgt haar op de Teenen, En gaf haar Medicyn. 7. Toen had haar Quaal een Ende, En hy den Boom gesnoeyt; Zy greep hem in de Lenden, En was wel braaf vermoeit. Vorige Volgende