Tweestrijd
Grete Weil ontving vorig jaar, op tweeentachtigjarige leeftijd, de Geschwister Schollprijs, genoemd naar de twee jonge studenten, Hans en Sophie, Scholl, die met hun blad Die Weisse Rose ondergronds verzet pleegden tegen Hitler en het nationaal-socialisme en daarvoor werden terechtgesteld. Een laat, maar niet te laat eerbetoon aan de schrijfster van het verzet tegen het vergeten. In hetzelfde jaar verscheen bij uitgeverij Nagel en Kimche Grete Weils nieuwe roman Der Brautpreis, binnen enkele maanden goed voor vier drukken. Om de een of andere reden verscheen de vertaling van deze roman niet bij Meulenhoff, wat te verwachten zou zijn geweest, maar bij uitgeverij Gooi en Sticht, die gespecialiseerd is in boeken met een christelijke thematiek.
Grete Weil vertelt in deze roman in elkaar afwisselende hoofdstukken de geschiedenis van koning David en zij vertelt over zichzelf. De geschiedenis van David legt zij in de mond van zijn eerste vrouw Michal. De hoofdstukken waarin Grete Weil over zichzelf schrijft, beginnen met de woorden: ‘Ik, Grete’. Autobiografie en fictie raken elkaar en vullen elkaar aan in de identificatie van Grete Weil met de oud geworden Michal die verliefd werd op David toen die nog een herder was en geroepen was om de uitzinnige koning Saul met zijn harpspel te kalmeren. Michal is getuige van Davids weg naar het koningschap. Zij verhaalt van haar tweestrijd tussen haar liefde voor deze man en haar afkeer van de gruwelen en wreedheden die hij, uit naam van een goddelijke wet, begaat. Michal is ook getuige van de periode waarin de joodse stammen tot een eenheid worden gesmeed. Zij ziet waartoe territoriumdrift, bezitsdrang, machtshonger in staat zijn en keert zich daar innerlijk vanaf. Zij ziet ook de hoop waarmee het joodse volk de geschiedenis tegemoet treedt, de hoop op vrede en de mogelijkheid van liefde. Grete staat aan de andere kant van de tijd, zij weet waartoe de geschiedenis heeft geleid, zij heeft de vernietiging van de joden meegemaakt.
Beide vrouwen staan aan het eind van hun eigen leven, twee joodse vrouwen. Michal wil zich niet identificeren met het volk dat de Filistijnen vermoordt. Grete is gedwongen zich te identificeren met het volk dat vermoord werd. Michal is door David verstoten, Gretes man werd door de nazi's vermoord. Beide vrouwen zijn het slachtoffer geworden van een mannelijke waan, maar beide vrouwen hebben het geloof in de liefde bewaard. Dat de man, in dit geval, de David is zoals Michelangelo hem afbeeldde en daarnaast de David zoals Rembrandt hem schilderde, deze paradox kan noch Michal noch Grete oplossen.
Grete Weil
De Bruidsprijs is een boek zonder antwoorden. Het is, zoals ook de roman Generaties, van een onthullende eerlijkheid. Rond ziekte en dood, ouderdom en verlatenheid worden geen mooie woorden gesponnen. Grete Weil heeft geen wijsheden in pacht. Het is haar moed om te erkennen dat ze na een lang en bewust leven tegenover de grote vragen met lege handen is blijven staan. Alleen over dat ene heeft ze zekerheid: ‘Ik, laatgeborene, moet mijn leven tot een einde brengen wetende van Auschwitz, het zal mij kwellen tot mijn laatste ademtocht.’ Haar boek is daarvan een indrukwekkende getuigenis.
■