De kooziness van geleende jasjes
De tijden zijn voorbij dat Hennie Huismans Surprise Show nog werd aangekondigd als surprieze show. Dat is niet meer, je hoort supraajz te zeggen. Opmerkelijk trouwens hoeveel hóórt, en hoe trendgevoelig de uitspraak-etiquette is. Liesbeth Koenen en Rik Smits signaleren in Peptalk & pumps (Thomas Rap, f 29,50), een gids voor ‘Engels woordgebruik in de Nederlandse taal’, veel gevallen waarin uit het Frans geleende woorden op z'n Engels worden uitgesproken, zo zelfs dat ze uit joligheid een top-vijf samenstelden van woorden die ten onrechte voor Engels worden aangezien. In volgorde van ernst: ‘flair’, ‘blocnote’, ‘occasion’, ‘wagons lits’ en ‘acte’ (‘Van niets op één, met stip, Myma van de AVRO, die een èkte uit het Zwanenmeer aankondigt. Zij schrok er zelf helemaal niet van’). Het gidsje leert dat lenen uit het Engels níét alleen populair is onder mediatypes: ook het CDA (dat vergeefs in eigen partijgelederen zocht naar ‘human resources’) en de EO (The Gospel Clip Magazine) willen graag een woordje over de grens spreken. Maar er zijn meer linguistisch-sociologische kanten aan de ‘newspeak van de eighties’. Hoezo werd het de creditcard, de floppy, maar het nylon, het label? Hoe vervoeg je relaxen? (Gerelaxt, gerelaxed?) Hoe verklein je ‘floppy’? Floppietje, flopje? Van taalverloedering willen de auteurs in hun hoofdstukje over moraal niet horen - wie zegt nog penalty als het geruisloos ‘strafschop’ is geworden? De beide taalkundigen zijn meer geinteresseerd in berekeningen hoe lang een leenwoord het in den vreemde uithoudt: de overlevingskans van
wordprocessor, dat het aflegde tegen tekstverwerker kan achteraf voorspeld worden met behulp van Smits en Koenens ‘Wet van Lening’ (een formule waarvoor waarden moeten toegekend aan factoren als lengte, wanklanken en slijtage). De woordenlijst (zo'n drieduizend woorden Nederengels met oorspronkelijke en vernederlandste betekenis) is nuttig in de vele gevallen waarin het woordenboek Engels-Nederlands geen opheldering kan bieden omdat het leenwoord smoezelig werd in het gebruik. Smits en Koenen leggen zulke dingen cosy (spreek uit: ‘koozie’) uit: ‘Van een geleend jasje, wanneer het lekker zit en zich aan de vorm van je lijf heeft aangepast, vergeet je misschien wel helemaal dat je het geleend had.’ Dat Peptalk & pumps vooral een etiquette-boek is, verraadt zich in de ‘waarschuwingsster’ die in veel gevallen bij de correcte Engelse uitspraak wordt gegeven. Die wordt soms ‘overdreven’ geacht, en zulke dingen luisteren nauw. ‘Overhead projector’ mag (móét) op z'n Hollands, maar please, zeg djetset tegen de jetset.
DS
Aan deze pagina werkten mee: F. Dekking, Mariëtte Haveman, Chris van der Heijden, Diny Schouten, Rob Schouten